In aanloop op de verkiezingen en de voortdurende discussie over wonen, ruimtelijke kwaliteit en regie – dus ook een nieuw departement voor Wonen, Ruimtelijke Ordening of Leefomgeving – schreef ik deze column, gepubliceerd op de website van de BNA.
Gaat de door Tom Lanoye in NRC geconstateerde ‘afbraak van de samenleving’ in Nederland ook op voor onze zo roemruchte ruimtelijke ordening en – vooral – kwaliteit? Als dat zo is, dan zijn de komende verkiezingen een perfect momentum om het tij te keren. Zodra ruimte terug is op de agenda moet de ruimtelijke kwaliteit met ambitie én verbeelding gezamenlijk worden opgepakt en uitgevoerd. Vanuit een rijk met visie, zonder door te slaan in rijksregie.
Lanoye memoreert in zijn NRC-analyse (van 4 februari jl.) namelijk aan een uitspraak van Rutte, en niet met instemming: ‘wie visie zoekt, moet naar de oogarts’. In zijn van heimwee doortrokken klaagzang over het land dat tien jaar leed onder ‘de afbraak van de samenleving’ wordt vooral bij pijnlijke actuele dossiers aangesloten. Dat leed gaat over de toeslagenaffaire, de afbraak in de gezondheidszorg en de onmacht en het gestuntel tijdens deze pandemie. Dat raakt mensen direct. In het verlengde zie je ook ernstige symptomen op een ander terrein, dat meer terra incognita is voor het grote publiek. Het gebrek aan visie, kennis, empathie en uitvoerend vermogen is namelijk ook op ruimtelijk gebied nakende. De nieuwe Omgevingswet is wat dat betreft een proces van herhalend uitstel. Het oude stelsel staat al aan de straat.
De Vlamingen keken altijd met een zekere bewondering naar de organisatie van ons land, ook wat ons ruimtelijk vermogen betreft. Van strategie, planvorming tot uitvoering: we waren voorbeeldstellend. De bewondering wordt ook op dit vlak – in het verlengde van Lanoye’s verbijstering – langzamerhand verwondering. Gelukkig lijken we ons hiervan bewust te worden. De roep om regie is inmiddels luidkeels en gehoord in de Tweede Kamer. Ook VNO-NCW en MKB-NL zien de noodzaak voor ruimtelijke regie en integraliteit, zo blijkt uit de nieuwe koers ‘Ondernemen voor brede welvaart’.
‘Er zijn lessen te leren, zeker als er een neiging is naar weemoed over het oude ruimtelijke beleid‘
Dat is goed, al moeten we niet doorslaan. Ook als nu de slinger terecht weer teruggaat na de ontmaskering van het ‘neoliberale’ (motto: ‘de markt lost het wel op’), naar een nieuwe filosofie van ‘het maatschappelijke’ en ‘de overheid moet de regie pakken’. Er zijn lessen te leren, zeker als er een neiging is naar weemoed over het oude ruimtelijke beleid.