Bouwen met verbeelding heeft de toekomst

Meer productie en tempo, roept de bouw.

Architecten pleiten juist voor meer kwaliteit, schrijven Nathalie de Vries en Fred Schoorl, voorzitter en directeur bij BNA, branchevereniging van Nederlandse architectenbureaus.

De bouw bloeit op, er is geld, consumentenvertrouwen en een breed gedragen Bouwagenda voor Nederland. Tegelijkertijd zijn er de enorme ambities voor klimaat, energie en grondstoffen. Alleen als we vol inzetten op kwaliteit en creatieve kracht, is echte groei duurzaam.

De bouw beleeft bijzondere tijden. Van zum Tode betrübt lijkt de stemming nu himmelhoch jauchzend. De markt trekt aan, de bouwproductie neemt spectaculair toe en er is weer ‘geld op zoek naar projecten’. Ondertussen is ons land op de internationale geluksindex binnen de toptien weer gestegen en beloven spectaculaire technologische vernieuwingen ons leven nog aangenamer te maken.

Her en der veroorzaakt de omslag naar groei echter al problemen, op de woningmarkt en in de bouw. En die gaan verder dan een tekort aan personeel of kennis. Bernard Wientjes zei deze week bij de presentatie van ‘De Bouwagenda’ dat een revolutie nodig is: het moet anders, beter, slimmer. Nu iedereen weer aan de slag kan, is het verleidelijk om enthousiast te worden over de roep van de bouwsector – toegejuicht door minister Kamp – om meer ‘productie’ en ’tempo’, waarbij kwaliteit ondertussen ook wordt meegenomen.

Kwaliteit voorop
Maar eigenlijk moet het precies andersom: de kwaliteit voorop. Niet alleen architectonisch, maar ook de kwaliteit van gebouwen en gebieden door ontwerpkracht – ‘designthinking’ – en slim bouwen. Die kracht zit in de ijzersterke combinatie van verbeelding, verbinding en vernieuwing. Nieuwe concepten of oplossingen, die samen met gebruikers en veelzijdige kennis worden ontwikkeld in eigentijdse ‘platte’ processen.

Dit soort designthinking is sterk in opkomst en heeft de toekomst, zeker in combinatie met nieuwe technologische mogelijkheden. Denk aan de toepassing van big data in gebouwen en de inzet van kunstmatige intelligentie in ontwerp- en productieprocessen.

Het plan om per jaar 100.000 woningen te verduurzamen is alleen verstandig als we dat koppelen aan het verbeteren van bouw- en ruimtelijke kwaliteit, ontwerpkracht en technologische innovaties. Philips maakt straks geen lampen, maar levert licht. De bouw maakt geen huizen, vierkante meters kantoor of strekkende meters asfalt, maar moet ‘gebouwd geluk’ leveren. Het motto van de Bouwagenda luidt dan ook terecht ‘Kwaliteit van leven’. Daar liggen enorme kansen, zeker ook om internationaal de markt mee op te gaan.

Het fraaie repertoire van onze internationaal geprezen architectuur, stedenbouw ‘Dutch Design’ tot de vernieuwende aanpak in het Deltaprogramma, geven ons land nog steeds de reputatie van een levend laboratorium van slimme, ruimtelijke kwaliteit. Zoals Rotterdam CS: een multimodaal knooppunt dat ov en stad verknoopt. Of de parkeergarage met daklandschap, waardoor Katwijk weer aan zee ligt – de ‘Beste gebouwen van Nederland’ van 2015 en 2016. Successen uit het verleden bieden echter geen garanties voor de toekomst.

Hoe moeten we dan verder? Wat ons betreft kiest het nieuwe kabinet voor verbeelding; de vindingrijkheid van ontwerpers, maar juist ook andere professionals, opdrachtgevers (zoals corporaties) en gebruikers. Als opdrachtgever kan de rijksoverheid zelf via écht innovatief aanbesteden en met projecten zoals het Deltaprogramma de toon zetten.

Kansen
Durf dat te doen. Publiek-private projecten en ontwerpend onderzoek helpen daarbij. Stimuleer dat met extra geld en voorbeeldprojecten.

In de stroomversnelling van de moderne technologie zitten ook kansen voor de kwaliteit waar wij voor pleiten. Als straks alles met alles wordt verbonden, en kunstmatige intelligentie zelf ‘ontwerpt’, dan heeft dit grote gevolgen voor onze leefomgeving. Uit BNA-toekomstscenario’s blijkt dat deze ontwikkelingen zowel de markt, de bouwketen, de praktijk op architectenbureaus als de samenwerking zullen opschudden.

We moeten anders denken en werken. Slimme industrialisering en digitalisering van ontwerp bieden kansen. Maar onze verbeelding zal een onmisbare factor blijven om de mens gelukkiger te maken. Nu een uitvoeringsagenda voor de verbouwing van Nederland met de Bouwagenda gelukkig dichterbij komt, is het zaak niet de macht, maar de kracht van die verbeelding een duidelijke plek te geven.

Gebouwd geluk komt niet vanzelf.

Labels:, , ,